Een bibliotheek met aantrekkingskracht

Paul van Rosmalen, eerder werkzaam bij onder andere de faculteit Bètawetenschappen, is sinds 1 december vorig jaar bouwcoördinator van de Universiteitsbibliotheek Binnenstad. Hij beantwoordt vragen over de verbouwing, die binnenkort de derde en laatste fase ingaat.

Wat staat er de komende tijd te gebeuren?
Nu de nieuwe bibliotheek volop in gebruik is, volgt de vleugel aan de Drift. De verwachting is dat in april 2010 de aannemer is geselecteerd, en die zal dan aan de slag gaan. Het gebouw moet met zorg afgepeld worden om de authenticiteit en monumentaliteit te bewaren. We proberen de geluidsoverlast tot een minimum te beperken. Begin 2012 denken we de complete UB Binnenstad te kunnen openen, als de collectie van
Recht, Economie, Bestuur en Organisatie er ook heen verhuisd is.

Hoe bevalt het gedeelte dat in gebruik is?
Heel goed. De aantrekkingskracht is enorm. Ook studenten van faculteiten met een eigen bibliotheek komen er studeren. Universiteiten en hogescholen uit het hele land hebben de locatie ontdekt, en zelfs vanuit het buitenland is er belangstelling. Dat geeft zoveel drukte dat we moeten oppassen niet aan ons succes ten onder te gaan, maar het is ook een teken dat de bibliotheek beantwoordt aan een bestaande vraag. In de tentamenweken is elk hoekje en plekje bezet. Daarom gaan we uitproberen of we de druk wat kunnen spreiden door in die periode tot één uur ’s nachts open te blijven.

Waar is het restaurant opeens gebleven?
Het was niet meer verantwoord om het open te houden. We hebben uitgekeken naar een tijdelijke plek in het gebouw, maar een restaurant inrichten voor één jaar was niet haalbaar. We hebben ruimte gecreëerd in het restaurant van Janskerkhof 2-3a. De meeste studenten eten hun boterhammen echter in de hal. Daar maken we nu wat zitplaatsen. Op de studieplek mag je niet eten en drinken; dat is te riskant met de boeken. Een flesje cola over de boeken, dat gebeurt. Alleen water staan we toe, want waterschade is nog op te lossen. Ik probeer al een tijdje een horecaondernemer te vinden die een wagen met snacks van goede kwaliteit op het binnenplein kan plaatsen, maar tot nu toe haakt iedereen af. Dat verrast mij. Klandizie gegarandeerd, zou ik zeggen.

Hoe komt het binnenplein eruit te zien?
Dat wordt hét ontvangstplein van de universiteit in de binnenstad, met een prettige uitstraling. De toegang tot de fietsenkelder komt daar ook. Behalve het terras van het restaurant plaatsen we er bankjes. Ook komen er faciliteiten voor kleine culturele activiteiten: stekker erin en klaar. Het ontwerp wordt onder regie van Vastgoed en Campus verder uitgewerkt. Het plein zal tegelijk met het gebouw klaar zijn.

Wat wilt u in deze baan bewerkstelligen?
Ik wil heel goed communiceren met medewerkers, studenten en buren. Gesprekken aangaan. De bewoners van de Keizerstraat hebben jarenlang tegen een blinde muur aangekeken. Nu zitten daar opeens mensen te studeren voor de ramen. Daar is te weinig over gecommuniceerd. We komen ze tegemoet met een kleine blindering op kijkhoogte. Ik wil ze ook graag ontvangen en rondleiden. Ik streef naar een bibliotheek waar men graag werkt, studeert en verblijft, waar men graag bij in de buurt woont, waar men trots op is.

Als deze nieuwsbrief niet goed wordt weergegeven, klik dan hier voor de online versie.
 

• Nieuws en achtergronden over verbouwing en verhuizing UB Binnenstad
• Functies in het hart van de Campus onder de Dom
• Globale locatie Campus onder de Dom

Nieuw: Facilitair Service Centrum

De gedachte achter de centralisatie van ondersteunende diensten is dat de faculteiten zich beter kunnen concentreren op hun hoofdtaken: onderwijs en onderzoek. Vanuit een centrale organisatie kan bovendien efficiënter gewerkt worden. Kennis van facility management wordt breder gedeeld en bestellingen kunnen gezamenlijk gedaan worden, wat grote kortingen kan opleveren.

Het facility management van de faculteiten in de binnenstad komt binnen het Facilitair Service Centrum onder de regio Binnenstad te vallen, samen met het University College, het Universiteitsmuseum en het Academiegebouw. Naast de regio Binnenstad zijn er 3 regio’s, alle in de Uithof: Uithof Centrum, West en Oost.

Meldpunt voor de binnenstad
Medewerkers kunnen op termijn voor alles wat ze op het gebied van facilitair beheer nodig hebben terecht bij een telefonisch en digitaal meldpunt. De binnenstadsfaculteiten hebben een eigen meldpunt in de binnenstad bedongen, opdat meldingen uit de binnenstad terecht komen bij medewerkers die de situatie goed kennen. Dit meldpunt zal waarschijnlijk worden gecombineerd met een balie voor de uitgifte van pasjes. Ook de functienamen veranderen. Er zijn straks geen huismeesters en senior huismeesters meer, maar medewerkers gebouwzorg en teamleiders. Ook de beveiliging zal onder de nieuwe organisatie vallen.

Bekende gezichten De veranderingen voor de gebruikers van de gebouwen zijn beperkt. Veel bekende gezichten blijven in de diverse binnenstadspanden te zien. Medewerkers van het Facilitair Service Centrum werken straks in meerdere panden in een deelgebied van de regio Binnenstad. Medewerkers gebouwzorg en teamleiders zitten niet meer bij
		de ingang van ‘hun’ gebouw. Daar zitten medewerkers die zowel receptionist zijn als beveiliger. Iemand aanschieten met een vraag kan straks nog altijd, maar het zal gemakkelijker zijn om meldingen via het meldpunt te doen. Wel verbonden aan de faculteiten blijven ‘demand managers’, die zich voornamelijk bezig zullen houden met de contracten en afspraken met het centrale niveau voor te leveren producten en diensten.

Er is bewust gekozen voor een gefaseerde reorganisatie. Daarbij is gekeken naar vergelijkbare processen bij andere universiteiten en is lering getrokken uit eerdere centralisaties binnen de eigen universiteit.

Met dank aan Jeroen de Wilde