Beste collega's
● ● ●
|
Deze nieuwsbrief staat in
het kader van de masterherziening. Het faculteitsbestuur
voert momenteel een serie van gesprekken met de
departementsbesturen, die voor midden oktober zullen
resulteren in een lijst van programma’s die de faculteit wil
gaan voordragen voor certificering. De departementshoofden
en onderwijs- en onderzoeksdirecteuren houden hun
mastercoördinatoren op de hoogte van de stand van zaken en
bepalen wanneer laatst genoemden aan de slag kunnen met het
invullen van het certificeringsformat. |
|
Op woensdag 24 september
vond in de Sweelinckzaal een bijeenkomst plaats van het
faculteitsbestuur met de coördinatoren van de programma’s.
De decaan, Keimpe Algra, de directeur, Rob Grift, en de
vice-decanen, Josine Blok en ondergetekende, bespraken met
hen het facultaire kader voor de masterherziening. Marjolein
Boessenkool, secretaris van de adviescommissie die de
certificeringsformats gaat beoordelen, vertelde iets over de
commissie en haar rol en werkwijze. Er volgde een discussie
waarin bleek dat er vooral veel praktische vragen waren over
het proces en de vereisten van het certificeringsformat. Die
vragen konden veelal direct beantwoord worden. Vanuit het
faculteitsbureau is bovendien een flinke ondersteuning
georganiseerd om het proces van de komende maanden zo goed
mogelijk te laten verlopen, zodat we op 5 januari 2015 de
certificeringsvoorstellen kunnen indienen bij het college
van bestuur. |
|
Op dezelfde dag besprak het
bestuur het facultaire kader voor de certificeringsronde met
de Faculteitsraad. Ook hier werden veel praktisch gerichte
vragen gesteld over de inrichting van de vernieuwde masters
en het certificeringspad dat eraan vooraf gaat. De raad
stelde vast dat het faculteitsbestuur niet alleen voor wat
betreft inhoud en profilering maar ook met betrekking tot
doelmatigheid een flink ambitieniveau aan de dag legt. |
|
En dat klopt. Op het gebied
van instroomcijfers en rendementen is er bij veel
programma’s ruimte voor verbetering. Door allereerst een
scherpere profilering op inhoud, die de juiste studenten
naar de juiste programma’s trekt, wordt het mogelijk te
investeren in een uitdagend aanbod en een intensieve
begeleidingsstructuur. Dat zal instroom en rendementen ten
goede komen, en de financiële duurzaamheid van programma’s
verzekeren. Wat dit betreft hebben nu al succesvolle
programma’s binnen en buiten de faculteit als benchmark
gediend bij de nieuw geformuleerde ambities. |
|
Al met al is het
faculteitsbestuur na de gesprekken met de
departementsbesturen, de mastercoördinatoren, en niet in de
laatste plaats de faculteitsraad, positief gestemd over de
voortgang van de masterherziening. Er is aan alle kanten een
duidelijke wil om dit veeleisende proces nu met vereende
krachten af te ronden. |
|
|
|
|
Masterherziening
● ● ●
|
Achtergrond en
voorgeschiedenis
|
In Horizon 2015 – 2020. Strategische
Visie Faculteit Geesteswetenschappen (september 2012)
hebben we een nieuw onderwijsmodel beschreven voor onze
bacheloropleidingen en masterprogramma’s. We hebben de
vernieuwde bacheloropleidingen ingevoerd vanaf september
2013 |
|
Het was ons voornemen om in september 2015
te starten met de vernieuwde masterprogramma’s. Wij hadden
daarom een Projectgroep Masterherziening ingesteld onder
leiding van Peter Schrijver. |
|
Bijna parallel aan de start van onze
Projectgroep Masterherziening startte het college van
bestuur een universitair project Vernieuwing Masterfase. Het
project van onze faculteit en het universitaire project
hebben – niet verwonderlijk – deels dezelfde doelstellingen,
maar in het UU-project zijn ook andere aspecten ingebracht.
Om de projecten goed met elkaar te kunnen verbinden, gaan we
niet in september 2015 maar in september 2016 start met de
vernieuwde programma’s. |
|
We hebben op basis van de universitaire
uitgangspunten en het eindrapport van de projectgroep onder
leiding van Peter Schrijver, een facultair kader geschreven
voor alle Geesteswetenschappen masters. Uitgezonderd zijn de
educatieve masters, die worden herzien onder leiding van de
Graduate School of Teaching. |
|
In september hebben we het kader voor de
masterherziening met de departementsbesturen en met de
faculteitsraad besproken. Dat kader is leidend voor de
programma’s die wij op 5 januari 2015 zullen indienen voor
certificering bij het college van bestuur. |
|
De komende maanden vindt een intensief
intern ontwikkel, advies- en medezeggenschapstraject plaats
met mastercoördinatoren, departementsbesturen en
faculteitsraad. |
|
Alle vernieuwde masters zullen per 1
september 2016 van start gaan. |
|
|
|
|
|
De belangrijkste thema’s
uit het facultair kader masterherziening
|
- Onderzoeksgedreven
Al onze masters zijn onderzoeksgedreven. Ze
sluiten aan bij het profiel van de faculteit. Facultaire
en universitaire zwaartepunten zijn vanuit meerder
leerstoelen naar het onderwijscurriculum vertaald.
Studenten lezen niet slechts over onderzoek, ze
doen ook zelf onderzoek: wetenschappelijk gericht in
de research masters; met een toepassings- en beleidsfocus
in de eenjarige masters.
|
- Arbeidsmarkt
Alle GW-masters bereiden voor op de dynamische
arbeidsmarkt van morgen. De ontwikkeling van kennis en
competentie, persoonlijke zelfstandigheid en het vermogen
om in veranderde omgevingen effectief samen te werken,
staan centraal in de leerlijnen en didactische
strategieën.
Het eenjarige curriculum legt een duidelijke
relatie met het beroepenveld. Professionals uit het
werkveld worden structureel bij het cursorisch onderwijs
betrokken en een praktijk-component zoals een stage of
praktijkonderzoek maakt deel uit van het curriculum. Het
curriculum van de tweejarige master is primair gekoppeld
aan het werkveld van het wetenschappelijk onderzoek dat
plaats vindt aan universiteiten, aan private en
overheidsinstituten en - zij het voor de
geesteswetenschappen in mindere mate - in de industrie.
Wetenschappelijke onderzoekers van binnen en buiten de
Universiteit Utrecht worden in cursussen en
onderzoeksseminars bij het onderwijs betrokken.
De Universiteit Utrecht zet een Career Service op
voor al haar studenten, om ze tijdens de studie te
begeleiden bij de oriëntatie op werkvelden en na
afstuderen te begeleiden bij het solliciteren.
|
- Disciplinariteit en
interdisciplinariteit
Alle GW-masters verbinden disciplinariteit met
interdisciplinariteit; studenten leren vanuit hun
discipline samen te werken met andere disciplines. Daar
zijn de meeste geesteswetenschappelijke disciplines al
goed in. Een vertaling naar het onderwijs is op sommige
plekken nog nodig.
|
- Internationaal
Al onze masters hebben een internationaal karakter, ze
bereiden studenten voor op een beroepsleven in de
geglobaliseerde samenleving. En of een student nu een
Engelstalige of Nederlandstalige master volgt; in de
meertalige academisch omgeving van het programma komen
studenten in contact met Nederlandse en buitenlandse
docenten en studenten en met literatuur en
onderzoeksgegevens die zich zelden aan nationale grenzen
houden.
|
-
Alle masters zijn
aantrekkelijk geafficheerd
Op dit moment zijn wij als faculteit Geesteswetenschappen
qua absolute aantallen masterstudenten de grootste van het
land (831 inschrijvingen in ijkjaar 2012). We trekken
relatief veel masterstudenten van universiteiten elders in
Nederland aan (19% van het totaal aantal). We hebben een
zwakkere positie bij het aandeel internationale studenten.
Wij hebben een aandeel van 9% internationale studenten;
Leiden is koploper met 22%. Opvallend is dat wij, in nog
iets grotere mate dan de andere faculteiten in Utrecht,
afgestudeerde bachelorstudenten aan andere universiteiten
verliezen. Aan andere universiteiten is dit percentage
lager.
Wat betekenen deze cijfers? We willen de
nationale attractiviteit vasthouden en uitbouwen
(koppositie verstevigen), internationale attractiviteit
vergroten (positie van hekkensluiter verlaten en in lijn
met Leiden en UvA streven naar een aandeel van 20% van de
studenten), attractiviteit en zichtbaarheid voor eigen
studenten vergroten (van 19% verlies terug naar het
landelijke gemiddelde van rond de 10%).
|
- Rendementen
Een groot zorgpunt zijn de rendementen van de programma’s.
Sterke studievertraging van studenten levert een
desintegratie van de studiegemeenschap op. Bovendien
worden de kosten van de opleiding voor de faculteit te
hoog. Alle programma’s moeten gaan voldoen aan heldere
rendementseisen: 80% rendement na nominale studieduur, 90%
na nominaal + 1. Dat zal hier en daar om een flinke
cultuuromslag vragen in het aansturen van de programma’s.
Die omslag zal facultair met expertise en middelen worden
ondersteund.
|
- Efficiënt en doelmatig
Alle masters zijn efficiënt en doelmatig georganiseerd.
Elk masterprogramma voldoet aan heldere instroomeisen:
jaarlijks minimaal 20 studenten voor een eenjarig
programma, jaarlijks minimaal 15 studenten voor een
research master programma. Met dat laatste maken we een
beredeneerde uitzondering op de uitgangspunten van de
universitaire masterherziening. Dus let wel: voor kleine
programma’s is alleen in de tweejarige research masters
plaats en er zal heel helder moeten worden beargumenteerd
– middels nationale en internationale benchmarking -
waardoor een kleine instroom wordt gerechtvaardigd.
Elk masterprogramma kent een team van kerndocenten dat
onder leiding van een programmacoördinator en de betrokken
leerstoelhouders in taakstelling verantwoordelijk is voor
de kwaliteit, de attractiviteit, de organisatie en de
rendementen van het programma.
De cursusomvang en het programmeringsmodel zijn binnen de
Graduate School gestandaardiseerd. Cursussen hebben, in
navolging van de universiteit, een omvang van 5 EC.
De eenjarige programma’s kennen een core curriculum van
vier verplichte cursussen en twee electives. Voor
de tweejarige programma’s werken we niet met een
vaststaand model, maar met bouwstenen die de
onderzoeksdirecteuren gebruiken om een solide curriculum
te bouwen.
|
|
|
|
|
Meer informatie
|
|
|
Kort Nieuws
● ● ●
|
Vijf GW-docenten geslaagd voor de twaalfde leergang
onderwijskundig leiderschap
|
Maandag 15 september hebben zestien
docenten de leergang onderwijskundig leiderschap afgerond.
Deze intensieve opleiding is bestemd voor wetenschappers die
in de regie van het universitaire onderwijs functioneren. De
leergang bestaat uit meerdaagse thematische bijeenkomsten,
een individueel project en één of twee studiereizen.
Deelnemers worden voorgedragen door hun decaan; het
programmabestuur van het
Center of Excellence in University Teaching besluit over
de toelating tot deze leergang. |
|
|
|
De viif docenten van GW die aan de leergang
deelnamen, zijn: Anita Auer, Vincent Crone, Sigrid Merx,
Patrick van Rossem en Victor Schmidt. |
|
|
|
De vernieuwde Masterwebsite gaat 1
oktober 2015 online
|
|
|
Wie alvast een kijkje wil
nemen kan dat doen op: |
|
a-www.uu.nl/masters
Inlog: uu-master
Wachtwoord: sharpcobra952 |
|
|
|
Masteravond:
oproep aan alle docenten om studenten hiervoor uit te nodigen, en zelf
als ambassadeur van je opleiding een kijkje te komen nemen
|
De
masteravond vindt plaats op 8 oktober. |
|
Voor deze
avond wordt veel publiciteit gemaakt: grote posters in 75
bushokjes in Utrecht, Amsterdam en Leiden, aankondigingen
via Facebook, twitter, studentensite, advertenties in Folia
(UvA) en Mare (Leiden), e-mails naar onze eigen studenten,
etc. etc. |
|
Om te zorgen
voor een grote groep bezoekers van onze eigen studenten
tijdens deze avond, willen we alle docenten die lesgeven aan
de 2e en 3e jaars studenten, vragen studenten te attenderen
op en enthousiasmeren voor de Masteravond. Want uit de
evaluaties blijkt, dat persoonlijke uitnodigingen het meest
effectief zijn. |
|
|
|
|
|
Marktonderzoek Masters:
Motivaties masterkiezers breed onderzocht
|
In het kader van de
masterherziening wordt momenteel aanvullend onderzoek gedaan
naar wat studenten (de)motiveert bij hun keuze voor een
masteropleiding aan de faculteit Geesteswetenschappen. Het
onderzoek richt zich op hoe belangrijk de verschillende
aspecten en eigenschappen van masteropleidingen zijn of
waren voor studenten, bij het bepalen van hun keuze. Vragen
hebben betrekking op de inhoud van het programma, docenten,
onderwijsorganisatie en faciliteiten. Maar ook meer algemene
financiële aspecten, de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en
persoonlijke voorkeuren in wonen, werken en studentenleven
komen aan bod. |
|
Komende maanden worden
stapsgewijs alle studenten vanaf het tweede jaar in de
bachelor uitgenodigd om een online enquête in te vullen.
Daarnaast worden er gesprekken georganiseerd met studenten
uit de verschillende doelgroepen. Wanneer de eigen studenten
zijn bevraagd, wordt de enquête ook (zo mogelijk
internationaal) uitgezet onder studenten die niet voor
Utrecht gekozen hebben. Doel is om tegen het einde van het
jaar breed, beter zicht te hebben op waarom studenten wel of
niet voor ons masteraanbod kiezen. Dit inzicht moet
handvatten opleveren waarmee de inhoud en/of de profilering
van de programma’s verder kunnen worden ontwikkeld. |
|
Het onderzoek wordt
uitgevoerd onder coördinatie van Sebastiaan Fluitsma in
samenwerking met de afdelingen SO&O en Communicatie &
Marketing. |
|
|
|
Docenten verdienen compliment voor
goed gebruik BlackBoard
|
Sinds de cursussen in
Blackboard zijn opengesteld, hebben docenten veel gebruik
gemaakt van announcements en komen er goede ideeën naar
boven om Blackboard in te zetten. |
|
|
|
Facultaire stageformulieren op
internet en intranet
|
Facultaire stageformulieren
zijn beschikbaar op
internet (voor studenten) en
intranet (voor medewerkers) |
|
|
Facultaire stageformulieren op intranet |
|
De scriptieformulieren zijn
ook klaar, en worden binnenkort ook online gezet. |
|
|
|
|
26 september
2014 |
Als deze nieuwsbrief niet goed wordt weergegeven, klik
dan
hier
voor de online versie. |
In dit nummer
o.a.
alles over
de mastervoorziening |
|
Inhoud |
|
Naslag |
|
Archief |
|
|
Colofon |
Volgende nieuwsbrief
De volgende onderwijsnieuwsbrief Geesteswetenschappen
verschijnt in oktober 2014. |
Vragen?
Neem contact op met Bestuurs- en Beleidsondersteuning (BBO)
(Marjolein Boessenkool)
M.E.Boessenkool@uu.nl. |
Redactie
Eindredactie:
Annemiek van Gorp
Vormgeving:
Didi van Zoeren
Communicatie en Marketing (C&M) |
|
|
|
|
|